Om bang van te worden.


De angst als lijddraad in mijn leven.
Was, is, even weg, terugkerend, komende en verdreven. Het schrijven de manifestering van het ontsnappen naar mijn eigen wereld. Een wereld waar ik mezelf kan zijn en waarin ik mezelf niet verdrink in de stille donkere waters met schuimkoppen drie vingers hoog of in de heldere tsunamis van in de relatieve realiteit verstopte werkelijkheid van het leven. Altijd happend naar lucht en shaggies terwijl ik ondertussen vergeet adem te halen. Steeds verder zakkende in de steeds diepere dieptes waar zelfs het licht niet durft te komen om dan plotseling weer wakker te worden op een strand of aangespoeld aan een waterkant. Verward en beduusd afvragende waar ik ben en waarom alvorens weer het water tussen mijn tenen voel kruipende richting mijn enkels. Misschien moet ik hogerop wat hulp zoeken maar bang voor het moment van momentum dat als ik eenmaal die richting heb gekozen ik de hemel niet zie aankomen doordat ik me teveel in het leven heb begeven. Schommelend tussen mijn eigen frustraties en waar ik me aan stoor in de wereld.